Trommelvliesbuisjes bij kinderen

Keel-neus-oorheelkunde (KNO)

Samen met de KNO-arts is besloten om bij je kind trommelvliesbuisjes in te brengen. Hier lees je meer informatie over deze ingreep.

Hoe ziet het oor eruit?

Het oor is onder te verdelen in: 

  • Het uitwendig oor: dit is de oorschelp, de uitwendige gehoorgang, die eindigt bij het trommelvlies.
  • Het middenoor: dit zit achter het trommelvlies en heeft drie kleine gehoorbeentjes: de hamer, het aambeeld en de stijgbeugel. Via de buis van Eustachius is het middenoor verbonden met de neus- en keelholte. 
  • Het binnenoor: dit is het eigenlijke gehoororgaan en wordt ook wel het slakkenhuis genoemd. Het binnenoor vangt het geluid door zenuwen op en geleidt het naar de hersenen; daardoor horen we geluid.

Wat is er aan de hand

Het middenoor is door de buis van Eustachius verbonden met de achterzijde van de neus-keelholte. Tijdens het slikken gaat de buis van Eustachius even open en laat wat lucht door. Zo kan de luchtdruk in het middenoor gelijk blijven met de luchtdruk buiten.

Dit mechanisme van open en dicht gaan van de buis van Eustachius wordt bij kinderen vaak verstoord. Er ontstaat dan een onderdruk in het middenoor, waardoor er te veel slijm wordt geproduceerd. De holte vult zich dan ook langzaam met vloeistof, dat na enige tijd dikke slijm wordt.
Dit remt nu de trilling van het trommelvlies, zodat jouw kind niet meer goed kan horen.

Wat zijn de klachten

In eerste instantie zijn er meestal weinig klachten. Soms concentreert je kind zich minder goed of wekt het de indruk dat het niet goed wil luisteren, terwijl het juist niet goed hoort.
Tijdens verkoudheid is het gehoor vaak wat slechter en is er wisselend gehoorverlies. Als het gehoorverlies wat langer duurt, kunnen problemen op school ontstaan. De schoolarts merkt vaak als eerste de gehoorstoornis op.

Hoe bereid je je kind voor op de ingreep

Al is je kind nog zo klein, leg zo goed mogelijk uit wat er gaat gebeuren. Kinderen die goed zijn voorgelicht, zijn vaak minder angstig en hebben minder problemen met de behandeling. Zij gedragen zich rustiger dan kinderen die plotseling voor een onverwachte situatie worden geplaatst.

De ingreep wordt onder volledige narcose (anesthesie) uitgevoerd. Meer informatie hierover vind je in de folder ‘Anesthesie en de operatieafdeling’.

Het inbrengen van trommelvliesbuisjes gebeurt in dagbehandeling. Je kind overnacht dus niet in het ziekenhuis. In de meeste gevallen vindt de ingreep ‘s ochtends vroeg plaats. In sommige gevallen wordt een ander tijdstip met je afgesproken.

Medicijngebruik

  • Meld medicijngebruik van je kind altijd vooraf.
  • Geef geen aspirinepreparaten (zoals aspirine, witte kruispoeders, APC, Dolviran, kinderaspirine en óók Sinaspril). Ze verhogen de kans op nabloedingen. Mocht je toch medicijnen willen geven die aspirine bevatten, dan mag dat tot 5 dagen vóór en vanaf 5 dagen ná de ingreep.
  • Geef je kind 2 uur vóór de ingreep een paracetamol zetpil. Kijk in de bijsluiter welke dosering je mag geven op basis van het gewicht en/ of de leeftijd van je kind.

Nuchter blijven
Voor deze ingreep is het belangrijk dat je kind een bepaalde periode ervoor niet eet of drinkt (nuchter blijft). Meer informatie hierover lees je in de folder ‘Informatie bij opname kinder-jeugdafdeling’.

Hoe ziet de dag van de ingreep eruit

De ingreep vindt ’s ochtends vroeg plaats

  • Zorg dat je kind uiterlijk om 7:30 uur aanwezig is op de kinder-jeugdafdeling, route 71.
  • De ingreep vindt meestal plaats tussen 8.00 en 9.00 uur.
  • Om te voorkomen dat je kind tijdens de ingreep moet plassen, is het belangrijk dat je je kind vóór de ingreep goed laat uitplassen.
  • Als je bij de inleiding van de narcose aanwezig wilt zijn, dan kan dat totdat je kind slaapt.

De ingreep vindt op een ander tijdstip plaats

  • Je meldt zich op de afgesproken tijd op de kinder-jeugdafdeling, route 71.
  • Voor meer informatie over de opname verwijzen wij je naar onze folder “Jouw kind een dag in het ziekenhuis”.

De ingreep
Tijdens de ingreep, maakt de KNO-arts een gaatje in het trommelvlies en plaatst een buisje. Ook wordt het slijm uit het middenoor gezogen. Omdat er nu weer een normale luchtdruk ontstaat in het middenoor, kunnen het slijmvlies en de buis van Eustachius weer normaal functioneren. Het gaatje sluit zich vanzelf na 2 weken.

Na de ingreep
Direct na de ingreep wordt je kind naar de uitslaapkamer gebracht. Daar kun je ook weer bij je kind aanwezig zijn. Je kind mag naar huis als de KNO-arts je kind heeft gecontroleerd en alles er goed uit ziet. Het tijdstip hangt af van de volledige toestand van je kind.

Leefregels

Na het inbrengen van trommelvliesbuisjes moet je kind zich aan de volgende leefregels houden:

  • Houd de oren de eerste 14 dagen na de ingreep/het ontslag droog. Er mag beslist geen water of zeep in de oren komen.
    • Laat je kind niet zwemmen zonder bescherming in de oren.
    • Doe vette watten in de oren als je de haren van je kind wast (deze zijn verkrijgbaar bij de drogist).
    • Bij een loopoor langer dan 3 dagen neem je contact op met de KNO poli via 040 - 286 4852
  • Vermijd drukte op de dag van de operatie. Dit betekent dat je kind niet naar school gaat, niet buiten speelt, voorzichtig trappen loopt, enz.
  • Laat je kind pas weer eten en drinken als je thuis bent. Begin dan met zachte kost.
  • Laat je kind de dag na de ingreep weer naar de crèche of naar school gaan.
  • Neem contact op met de KNO-polikliniek wanneer er langer dan 3 dagen vocht, bloed of pus uit de oren komt.
  • Wij adviseren je de eerste 24 uur na de ingreep op vaste tijden pijnmedicatie (paracetamol en/of diclofenac) te geven. De dosering is afhankelijk van het gewicht en/of de leeftijd van je kind. Dit alles kun je nalezen op het pijnkaartje dat je met het ontslag mee naar huis krijgt.
  • Je kind komt na ongeveer 6 weken voor controle terug op de KNO-polikliniek.

Heb je nog vragen?

Deze informatie is niet bedoeld als vervanging van de mondelinge informatie, maar als aanvulling daarop. Hierdoor is het mogelijk alles nog eens rustig na te lezen.

Heb je nog vragen neem dan contact op:

Tijdens kantooruren
KNO-polikliniek,telefoon 040 - 286 48 52.

Buiten kantooruren
Voor dringende vragen bel je buiten kantooruren met de:
Spoedeisende hulp (SEH), telefoon 040 - 286 48 34.

Met medische vragen kun je terecht bij de KNO-arts die je kind behandelt.

Mailen
Je kunt ons ook e-mailen op vragenvoordepolikno@st-anna.nl voor:

  • het maken of verzetten van een afspraak;
  • korte vragen en mededelingen;
  • aanvragen voor herhalingsrecepten.

Vermeld bij je e-mail altijd je naam, geboortedatum en mailadres.

Nuttige websites

Heel veel beterschap voor jouw kind.